Voorbeeld: een instelling heeft zich ingeschreven voor de VIPP Ggz en heeft een verleningsbeschikking ontvangen. Ze krijgen sinds augustus 2019 maandelijks een subsidiebedrag gestort. De instelling bereidt zich voor op de verantwoording. Naast het auditrapport is dus mogelijk ook een verklaring van een accountant noodzakelijk om duidelijk te maken dat het subsidiebedrag geheel is uitgegeven. De instelling
vraagt zich nu af hoe het precies zit.
De regels zijn te vinden in artikel 2 van het Besluit vaststelling beleidsregels subsidiëring
Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Patiënt en Professional fase 3 en in hoofdstuk 2, onderdeel H ‘Vaststelling en Eindtoets’, van de beleidsregels bij het besluit.
DAEB-overeenkomst en de-minimisverklaring
Bij het aanvragen van de subsidie heeft elke instelling een DAEB-overeenkomst ter uitvoering van de dienst (de activiteiten) ondertekend. Instellingen die een subsidieaanvraag hebben gedaan van minder dan €500.000 hebben daarnaast ook een DAEB-de-minimisverklaring ondertekend. Deze verklaring houdt in dat de instelling in het verleningsjaar en de twee daaraan voorgaande belastingjaren niet meer dan €500.000 aan DAEB-subsidie heeft ontvangen.
Twee manieren van verantwoorden
Er zijn twee manieren van verantwoorden:
- Instellingen die bij de subsidieaanvraag ook de DAEB-de-minimisverklaring hebben ondertekend verantwoorden de subsidie enkel nog met de rapportage van de IT-eindtoets. Deze instellingen hoeven niet aan te tonen dat er geen sprake is van overcompensatie en hoeven dus geen accountsverklaring aan te leveren. Dit zijn in ieder geval de instellingen die minder dan € 500.000 subsidie hebben ontvangen en ook voorafgaand aan de subsidieverlening (twee belastingjaren) geen andere subsidie hebben ontvangen waar een DAEB-de-minimisverklaring voor is getekend. De DAEB-de-minimisverklaring is door de instellingen bij aanvraag van de subsidie al ingediend. Vanuit VWS/ DUS-I wordt in oktober 2020 aan deze instellingen nog een brief verzonden waarin wordt verduidelijkt dat bij de verantwoording enkel een rapportage van de IT-eindtoets hoeft te worden ingediend.
- Instellingen die bij de subsidieaanvraag alleen een DAEB-overeenkomst hebben ondertekend (dit zijn in ieder geval alle instellingen die meer dan €500.000 subsidie ontvangen) verantwoorden de subsidie middels:
- Een rapportage van de eindtoets.
- Bewijs waaruit blijkt dat geen sprake is van overcompensatie. De instelling toont dus aan dat de kosten ter hoogte van het subsidiebedrag daadwerkelijk zijn gemaakt.
- Een accountantsverklaring, waarbij de accountant verklaart dat de kosten zijn gemaakt en dat er geen opbrengsten zijn ontvangen uit de activiteiten waarvoor de subsidie is bedoeld en waarin de accountant verklaart dat de kosten door de subsidieontvanger in ieder geval het ontvangen subsidiebedrag overschrijden.