Vragen en antwoorden

De subsidieregeling is flexibel en biedt ruimte voor verschillende benaderingen. Belangrijk is dat er een vertrouwd gezicht is dat voor een langere periode aan de school is verbonden. 

Het bevoegd gezag en de school hebben de vrijheid om te bepalen hoe ze de brugfunctie willen inrichten. Het kan worden uitgevoerd door een bestaande medewerker of een nieuwe medewerker van de school, door een medewerker van een organisatie waar de school nauw mee samenwerkt of door een klein team.

Let op: Als een bestaande medewerker de functie gaat uitvoeren, moeten de contracturen worden verhoogd. De bestaande contracturen worden namelijk al gefinancierd uit de reguliere bekostiging. Er zou anders sprake zijn van dubbele bekostiging, en dat is niet toegestaan. 

De volgende mogelijkheden zijn toegestaan:

• De brugfunctionaris is in dienst bij de eigen organisatie.
• Een medewerker van een maatschappelijk organisatie of gemeente voert de brugfunctietaken uit.
• Het gaat om de vervangingskosten van intern personeel dat brugfunctietaken uitvoert.

De ketenbepaling in het Burgelijk Wetboek biedt ruimte om iemand een arbeidsovereenkomst te geven voor 3 jaar, of 3 opeenvolgende contracten van steeds 1 jaar.

Dit neemt niet weg dat er een spanningsveld kan bestaan tussen tijdelijke financiering door subsidie en het bieden van een driejarig contract en het streven naar duurzame inzet van een brugfunctie. Richting het eind van de looptijd van de regeling zal het ministerie rekening houden met het dilemma van tijdelijke contracten als wordt nagedacht over de verdere inzet van deze structurele middelen. 

Voor het po, sbo of vso vraagt u voor iedere vestiging apart aan. De vestigingscode heeft 6 tekens, bijvoorbeeld: 14PO98 (BRIN 6).

Voor vo-scholen doet u een aanvraag op het niveau van de instelling. Deze code heeft 4 tekens, bijvoorbeeld: 12QB (BRIN 4). U moet voor iedere school een aparte aanvraag indienen. 

Dit moet u bij ons melden. De meldingsplicht geldt ook als tijdens de subsidieperiode de brugfunctionaris voor een langere tijd uitvalt of als u om een andere reden de subsidie niet meer kunt inzetten. Twijfelt u of u iets moet melden? Neem dan contact met ons op.

De brugfunctie is er om bruggen te slaan en verbindingen te versterken. Er moet worden voorkomen dat de brugfunctie de lokale samenwerking tussen wijkteam, schoolteam, welzijnsorganisaties en zorgverleners complexer maakt of taken overneemt van één van deze partijen. 

Voor het succes van de brugfunctie is het daarom belangrijk dat er met de betrokken gemeenten en samenwerkingsverbanden is overlegd over de inzet van de brugfunctie in relatie tot de bestaande zorgstructuur in en om de school. In dit overleg is het belangrijk om te bespreken hoe de voornemens met betrekking tot de brugfunctie aansluiten op bijvoorbeeld het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband en het beleidskader van de gemeente. Ook kan besproken worden hoe professionals, waaronder degene die de brugfunctie gaat vervullen, in en om de school zo efficiënt en effectief mogelijk ingezet kunnen worden.

De overleggen met de betrokken gemeenten en samenwerkingsverbanden kunnen kunnen ook na de subsidieaanvraag plaatsvinden, maar wel voordat de brugfunctionaris start. Bij de steekproefcontrole wordt hierop gecontroleerd. 

De intern begeleider of zorgcoördinator is er in eerste instantie voor het kind, en niet direct voor het hele gezin. Diegene heeft een onderwijsgerelateerde rol. Iemand met een brugfunctie heeft tijd voor ouders en de situatie thuis. Naast de ouders staan en een vertrouwensband opbouwen is dan belangrijk. Deze twee rollen kunnen lastig te combineren zijn, bijvoorbeeld als je vanuit de rol van intern begeleider of zorgcoördinator iets moet adviseren wat ouders moeilijk vinden. Ook bestaat het risico dat de huidige werkzaamheden op de achtergrond raken door deze extra taken. Het wordt daarom niet aangeraden om de taken van een brugfunctie bij een intern begeleider of zorgcoördinator te beleggen, maar dit wordt niet uitgesloten door de regeling. Het is aan de school om te bepalen welke inrichting van de brugfunctie het beste past.

Let op: Als een bestaande medewerker de functie gaat uitvoeren, moeten de contracturen worden verhoogd. De bestaande contracturen worden namelijk al gefinancierd uit de reguliere bekostiging. Er zou anders sprake zijn van dubbele bekostiging, en dat is niet toegestaan.

Voor deze regeling geldt dat u subsidie krijgt voor een periode van 3 schooljaren: 2024/2025, 2025/2026 en 2026/2027. Dit betekent dat u het geld alléén mag gebruiken in de periode tot en met de zomer van 2027. U mag de subsidie dus niet over een langere periode uitsmeren.

Dit hangt af van de onderwijssector waarvoor de subsidie is toegekend:

• In het voortgezet onderwijs is de subsidie aangevraagd voor een specifieke school. Dit betekent dat u het geld alléén mag gebruiken op de school waarvoor de subsidie is toegekend. Onder deze school kunnen meerdere vestigingen vallen. U mag de subsidie in het voorgezet onderwijs wel over meerdere vestigingen verspreiden.
• In het primair onderwijs, (voortgezet) speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs is de subsidie aangevraagd voor een specifieke vestiging. Dit betekent dat u het geld alléén mag gebruiken op de vestiging waarvoor de subsidie is toegekend. U mag de subsidie in het primair onderwijs, (voortgezet) speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs dus niet over meerdere vestigingen verspreiden.

De subsidie is voor een periode van 3 jaar, maar er is wel structureel geld beschikbaar voor een brugfunctie op scholen. Dit betekent dat het ministerie van OCW na afloop van de subsidieperiode op basis van geleerde lessen een afweging zal maken op welke manier dit geld gebruikt zal worden voor een brugfunctie op scholen. Er loopt een monitoringsonderzoek naast de subsidieregeling om te helpen deze afweging te maken.

In artikel 3 van de subsidieregeling staat dat de subsidie is bedoeld voor personele uren. Er staat niet voor wie, met welk opleidingsniveau of in welke schaal. Het is aan de school om hier een keuze in te maken. Wel moeten de personele uren worden ingezet op de school of vestiging waarvoor subsidie is aangevraagd en moet de inzet bijdragen aan het doel van de regeling. In artikel 3 van de regeling is het doel beschreven en zijn ook voorbeelden van activiteiten genoemd. Het is overigens niet verplicht om al deze activiteiten uit te voeren.