Vragen en antwoorden

Het gaat om taal, rekenen, digitale geletterdheid en burgerschap.

De menukaart vindt u op de website van de Rijksoverheid.

Nee, dit kan niet. De subsidie wordt per vestiging toegekend en kan alleen voor de verbetering van basisvaardigheden op dezelfde vestiging worden gebruikt.

Ja, de vestigingen kunnen samenwerken maar de budgetten moeten gescheiden blijven. Het is dus niet mogelijk om subsidie tussen de scholen/vestigingen te herverdelen.

Activiteiten die herleidbaar zijn aan het primaire proces van de interventies/monitoring, worden beschouwd als onderdeel van de interventie of de monitoring. Denk dan bijvoorbeeld aan;

• uren die besteed worden aan implementatie en/of ontwikkeling van de interventies,
• uren die besteed worden aan opleiding/training/professionalisering,
• boeken en software die direct of indirect herleidbaar zijn aan interventies op de menukaart,
• uren van externen om deze interventies mogelijk te maken.

Wat niet tot het primaire proces wordt gerekend, en dus ook niet subsidiabel is, zijn reiskosten (onder andere reiskosten naar het buitenland), lunches, zaalhuur en hardware.

Nee, dit hoeft niet. Het is wel de bedoeling dat alle leerlingen van de betreffende vestiging deelnemen aan minimaal één van de gekozen interventies om de basisvaardigheden te verbeteren.

In het activiteitenplan is in ieder geval aandacht voor:

• Schooleigen doelstellingen van de subsidie
• Welke interventies er zijn gekozen
• De concrete activiteiten die worden uitgevoerd
• De wijze van monitoring en verantwoording

Wanneer er geen instemmingsrecht van de medezeggenschapsraad wordt bereikt, wordt het subsidiebedrag teruggevorderd.

Ja, er is een model voor het activiteitenplan beschikbaar.

U kunt uw activiteitenplan uploaden tot 31 januari 2023 om 23.59 uur. Hierna kunt u uw activiteitenplan niet meer insturen.

Wanneer blijkt dat u uw activiteitenplan niet heeft ingestuurd, kan DUS-I de subsidie terugvorderen.

Een deel van de aanvragers zal onderdeel uitmaken van de steekproef (ongeveer 10%). Wanneer u tot de steekproef behoort, ontvangt u hiervan bericht. De steekproefbezoeken vinden plaats in het najaar van 2023. De overige aanvragers zullen niet in de steekproef vallen.

Ja, gebruik hiervoor dit format.

U kon het addendum tot en met 19 februari 2023 23.59 uur uploaden. Wijzigt daarna iets in uw activiteitenplan? Dan geeft u de wijzigingen door via basisvaardigheden@minvws.nl.

Een nulmeting is een inventarisatie van de huidige situatie van de basisvaardigheden op de school, gemeten voor de inzet van interventies die met de subsidie gefinancierd kunnen worden.

Zowel voor ontvangers van de basissubsidie als de aanvullende subsidie is het uitvoeren van een nulmeting verplicht.

De voortgang van de basisvaardigheden worden minimaal jaarlijks door de scholen zelf gemonitord.

Voor het primair onderwijs

U wordt gevraagd gegevens aan te leveren die worden benut om een landelijk beeld te schetsen van de prestaties op het gebied van taal, rekenen of wiskunde. Uw gegevens zullen in het landelijke stelselbeeld niet herleidbaar zijn. U kunt hiervoor aansluiten bij de afnamemomenten van de M-toets en E-toets.

Voor het voortgezet onderwijs

U wordt gevraagd gegevens aan te leveren die worden benut om een landelijk beeld te schetsen van de prestaties op het gebied van taal, rekenen of wiskunde. Uw gegevens zullen in het landelijke stelselbeeld niet herleidbaar zijn.

Ja, een bevoegd gezag mag voor elke vestiging subsidie aanvragen.

Nee, dit hoeft niet. De aanvrager moet bij de aanvraag alleen verklaren dat de medezeggenschapsraad van de school waar subsidie voor wordt aangevraagd is geïnformeerd over de aanvraag.

Deze leerlingen tellen voor de helft mee om het aantal leerlingen te berekenen.

De basissubsidie kunt u alleen besteden aan interventies van de menukaart of aan monitoringsdoeleinden.

De onderwijscoördinatoren zijn onderwijskundige experts met een brede kennis van het onderwijsveld in het po en vo. Het zijn professionals die makkelijk kunnen bemiddelen en schakelen tussen de vraag vanuit de school en de beschikbare ondersteuning en mogelijke verbeterinterventies. De onderwijscoördinatoren treden op als stevige sparringpartner voor de betrokken scholen. Samen met de school maken zij een plan gericht op het organiseren van concrete hulp om de problemen op te lossen waar de school tegenaan loopt.  

De onderwijscoördinator gaat met de schoolleider of het team achterhalen wat de aard is van de problemen. Daarna maken ze gezamenlijk een plan op maat, waarbij de onderwijscoördinator aan zet is om de verschillende mogelijkheden voor verbeterinterventies en beschikbare ondersteuning in kaart te brengen. De onderwijscoördinator helpt de school vervolgens met het uitvoeren van dit plan. De regie blijft altijd bij de school.  

Hoe het plan eruit ziet ligt aan wat de school wil en nodig heeft. Het plan moet daarop aansluiten. De onderwijscoördinator staat scholen met raad en daad bij en de onderwijscoördinatoren fungeren als verbindingsofficier tussen de hulpvraag van de school en verdere bronnen voor ondersteuning. De onderwijscoördinator betrekt publieke partijen die bij de uitvoering kunnen helpen, bijvoorbeeld kennisnet, SLO of de GKA. De onderwijscoördinator houdt in de gaten of alles goed gaat. Als het nodig is kan de onderwijscoördinator adviseren over de inkoop van private ondersteuning. De onderwijscoördinator zal alleen private ondersteuning adviseren als die aan bepaalde kwaliteitseisen voldoet.

De onderwijscoördinator helpt de school om problemen met basisvaardigheden op te lossen. De ondersteuning van de onderwijscoördinator is tijdelijk, gericht op duurzame kwaliteitsverbetering van het onderwijs. De school en de onderwijscoördinator bepalen samen hoe de ondersteuning er precies uitziet en hoelang de onderwijscoördinator betrokken blijft. Na afloop evalueren de school en de onderwijscoördinator hoe het proces verlopen is.

Nee, de onderwijscoördinator is er niet om docenten in te schakelen, maar om onderwijsondersteuning, advies, verbeterinterventies en andere concrete hulp te organiseren.

U verantwoordt de subsidie in de jaarverslaggeving volgens de Regeling jaarverslaggeving onderwijs met model G, onderdeel 1, zoals bedoeld in Richtlijn 660 van de Raad voor de Jaarverslaggeving of overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs BES.