Klantverhaal: Capaciteitentesten helpen scholen en leerlingen bij het herstel van de coronacrisis

Achter elke aanvraag die DUS-I behandelt, schuilt een verhaal van een klant met een maatschappelijk doel. In dit interview vertellen Geertje Hendriks en Bart van Schaaijk over de subsidieregeling Capaciteitentesten.

Meer klantverhalen

Nu het stof van de pandemie is neergedaald en Nederland langzaamaan terugkeert naar het leven van voor de coronacrisis, worden de langetermijneffecten van COVID-19 op pijnlijke wijze blootgelegd. Het onderwijs is hiervan een goed voorbeeld, omdat men hier nog elke dag worstelt met de neveneffecten van de uitbraak van het virus.

Mentale problemen

Zo ook op Aloysius De Roosten. De vmbo-t-school bevindt zich in Eindhoven, een regio waar men al vroeg met het virus werd geconfronteerd. Geertje Hendriks werkt op de school als psycholoog en is lid van het ondersteuningsteam. Ze krijgt nog dagelijks te maken met de impact van de coronacrisis. “Sinds de crisis zien we een opvallende stijging in het aantal leerlingen met mentale problemen, zoals depressieklachten en angststoornissen.” Geertje heeft een duidelijke verklaring voor deze zorgwekkende trend. “Kinderen van deze leeftijd zitten midden in een belangrijke fase van hun ontwikkeling. De lockdowns hebben deze ontwikkeling flink in de weg gezeten.”

Zo viel de sociale ontplooiing voor een groot deel weg en was thuis de motivatie om te leren niet altijd aanwezig. Nu de schooldeuren weer open zijn, heeft een aantal leerlingen moeite om weer naar de klas te gaan. Een probleem waar het onderwijs maar lastig grip op kan krijgen, denkt Geertje. “Soms zou je willen dat je het kind even kunt ophalen om te helpen met de drempelvrees, maar daar hebben scholen simpelweg de middelen niet voor.”

"Sinds de coronacrisis zien we een opvallende stijging in het aantal leerlingen met mentale problemen."

Subsidie voor capaciteitentesten

Een ander vervelend gevolg van de crisis was het gebrek aan een eindtoets in het leerjaar 2019/2020. Hierdoor ontbrak het middelbare scholen aan een belangrijke referentie bij binnenstromende leerlingen. De toets, die normaal gesproken in groep 8 van de basisschool wordt afgenomen, kon door de lockdowns geen doorgang vinden. Om onder leerlingen toch een nulmeting te kunnen uitvoeren, stimuleerde de overheid middelbare scholen om in de brugklas een zogenaamde capaciteitentest af te nemen. Hiervoor verstrekte DUS-I de gelijknamige subsidie, waarbij scholen konden kiezen uit een paar bestaande toetsen.

Bart van Schaaijk van bureau Ons Middelbaar Onderwijs vroeg de subsidie aan namens Aloysius de Roosten. Het viel hem op hoe snel en slagvaardig DUS-I te werk ging. “De lijntjes waren erg kort. Dat is erg prettig en niet altijd een vanzelfsprekendheid binnen de overheid.” Bart vindt het leuk het verhaal achter de aanvraag te horen. “Ik zie normaal gesproken alleen de kille cijfers. Wat een subsidie met leerlingen doet, gaat meestal aan mij voorbij.”

Vergroot afbeelding
Bart van Schaaijk en Geertje Hendriks

Aloysius maakte dankbaar gebruik van de mogelijkheid tot subsidie, vertelt Geertje. “Wij hebben gekozen voor de toets Muiswerk, die goed aansluit bij het oefenprogramma Numo dat wij al langer gebruiken. De toets is een soort screeningsinstrument, die wij in onze onderbouw afnemen. Het meet de basisvaardigheden, zoals Nederlands en rekenen.” Geertje legt uit dat de school een vrij specifieke doelgroep bedient, waarbij extra begeleiding soms gewenst is. De screening maakt het mogelijk de voortgang van leerlingen collectief en individueel te monitoren. “Opvallend genoeg is er op schoolniveau weinig verschil te zien tussen de ontwikkeling van leerlingen in de coronaperiode en de periode ervoor en erna. Individueel zijn de verschillen helaas groter.”

"De lijntjes met DUS-I waren erg kort. Dat is prettig en niet altijd vanzelfsprekend binnen de overheid."

Monitoring van de persoonlijke ontwikkeling

Het oefenprogramma en de capaciteitentesten bieden zowel de school als de leerlingen een fijne manier van monitoring van de leerontwikkeling. Zo kunnen de leerlingen en mentoren via een online omgeving zien op welke indicatoren de kinderen meer verbetering of inzet moeten tonen. En dat past goed bij de visie van het Aloysius, vindt Geertje. “Wij willen leerlingen stimuleren zelf de regie te nemen over hun eigen ontwikkeling. Zo laten we ze ook het woord voeren tijdens ‘hoe gaat het-gesprekken’. De nasleep van de coronacrisis maakt die regie nog belangrijker, en de programma’s en testen sluiten hier goed op aan.”